Of je nu kiest voor een Duitse herder uit de showlijn (vaak als gezinshond gekocht) of de werklijn (je gaat met de hond naar de hondensport om hem af te richten voor bewaking, verdediging, drugshond), hij is niet gevaarlijk.
Wel zit er een verschil in energie en karakter. Kies je een Duitse herder uit een werklijn dan is het karakter pittiger dan bij een herder uit de showlijn.
Maar beide zijn ze evenwichtig, zelfverzekerd, trouw aan de baas en goedaardig. Beide zitten vol natuurlijke driften, maar met de juiste begeleiding geeft dat geen problemen.
De werkdrift bij de Duitse herder uit de werklijn komt meer tot uiting, omdat er wordt getraind. Deze zal zeker minder aanwezig zijn bij de Duitse herder uit de showlijn, omdat hier geen bepaalde doelen als bewaking bijvoorbeeld worden getraind, maar wel gehoorzaamheid uiteraard.
Een Duitse herder is een middelgrote, sterke hond. Hij is actief en kan door zijn enthousiasme ongelukjes veroorzaken.
Een klein kind kan omgeduwd worden als hij het vrolijk verwelkomt. Tijdens het spelen, dat lomp kan verlopen, kun je blauwe plekken oplopen. Het zijn in alle gevallen onbedoelde ongelukjes, ze gebeuren niet bewust om je pijn te doen of om dingen kapot te maken.
De ene herder is de andere niet en veel herders zullen een klein kind voorzichtig benaderen, maar er zijn uitzonderingen die desondanks heel lief zijn maar wat onstuimig van aard.
Je ziet het al bij de puppy en je kunt dit gedrag in goede banen leiden, door de onstuimige hond niet teveel uit te dagen en hem rustig te leren spelen. Ga hem mentaal meer en vaker uitdagen, ook dat helpt.
Lees er wat tips over in een goed boek of haal deze info van internet. Je ziet er leuke spellen om de hond geestelijk moe te maken.